Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als zij, die ons aldaar gevangen hielden, [9]de woorden eens lieds [10]van ons begeerden, en zij, [11]die [12]ons overhoop geworpen hadden, [13]vreugd, [zeggende:] Zingt ons [een] [14]van de liederen Sions; 9. Dat is, een lied; alzo staat er; woorden van wonderen, hfdst.145 vs.5. Dat is, wonderen. 10. Te weten, spotsgewijze en ons honende. 11. Anders: die ons beroofd hadden. 12. Dat is, onze huizen. Anders: van onze opgehangennen [te weten, harpen] eisten zij vreugde. 13. De rede zou aldus voller zijn: Zij begeerden van ons woorden der vreugde; dat is, dat wij vrolijk zouden zijn. 14. Te weten, van die liederen of psalmen, die men in den tempel placht te zingen en te spelen te ere Gods.